Deel II, tabellen, bijlagen, noten en literatuurlijst

Tabel 1. Inkomsten van het Heilige Geest gasthuis in Deventer, uitgedrukt in guldens van 20 stuiver.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
1. Granen en peulvruchten1 334 517 751 1284 1246 2482 4284
2. Vaste geldinkomsten
2.1. Platteland
2.1.1. Pachten Mastenbroek en Lierderbroek 140 310 328 1452 336 742 852
2.1.2. Overige pacht en rente 46 57 161 200 466 1282 357
2.2. Stad
2.2.1. Lichte rente 13 17 19 560 29 30 20
2.2.2. Zware rente, huur 51 319 451 421 774 477
2.2.3. Koolhoven 33 69 56 67 87 193
2.2.4. Rente op stad en Meente 93 129
3. Incidentele inkomsten
3.1. Platteland (uit vermogen)
3.1.1. Veeteelt 9 10 23 33 67 154 145
3.1.2. Houtteelt 0 319 357 1
3.1.3. Verkochte granen3 35 133 34 236 189 422 1408
3.1.4. Overige landbouw-produkten 10 4 8
3.1.5. Rente af- of verkoop4 155 385
3.1.6. Restanten pacht en rente 34 174
3.2. Stad (uit vermogen)
3.2.1. Rente afkoop, verkoop of lening 45 38 5324 131 302 241
3.2.2. Restanten 57 18 11 213
3.2.3. Diversen 12 15 9 185
3.3. Inkomsten niet uit vermogen
3.3.1. Testamenten 20 1 1 10 5 36 66
3.3.2. Geld en goederen van bewoners 91 11 2 2 221 169
3.3.3. Diversen 7 15 0 6 11 6
1. De binnengekomen granen zijn omgerekend in geldbedragen. Het betreft zowel tienden als pachten. In de 16de eeuw kwam daar eigen teelt bij. (Zie voor omrekening tabel 2).
2. Een laag bedrag omdat van de landen in Mastenbroek in 1523 en 1524 geen pacht werd ontvangen. Zie hiervoor hoofdstuk 4.
3. Deze inkomsten zijn hier vermeld omdat ze in de geldrekening voorkomen. Voor de totaal ontvangen geldinkomsten mag dit bedrag wel worden meegerekend, voor de totale inkomsten niet. Anders zou dubbeltelling van deze inkomsten plaatsvinden.
4. Zie tekst hoofdstuk 4.

 

_______________↓_______________


|pag. II|

Vervolg tabel 1. Rekapitulatie van de totalen
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
1. Graanrekening 334 517 751 1284 1246 2482 4284
2. Vaste geldinkomsten
2.1. Platteland 186 367 489 345 802 2024 1209
2.2. Stad 97 405 526 560 517 984 819
Totaal 2. 283 772 1015 905 1319 3008 2028
3. Incidentele geldinkomsten
3.1. Platteland 54 147 410 424 613 962 1735
3.2. Stad 102 68 547 131 322 639
3.3. Niet uit vermogen 118 27 3 10 13 268 241
Totaal 3. 172 276 481 981 757 1552 2616
Totale geldinkomsten (2+3) 455 1048 1496 1886 2076 4560 4644
Idem, eksklusief de graanverkopen(3.1.3) 420 915 1462 1650 1887 4138 3236
Totaal inkomen(1+2+3, minus graanverkopen) 754 1432 1928 2934 3133 6620 7519

 
Tabel 2 Gegevens over de graanrekeningen van het Heilige Geest gasthuis in Deventer.

A. De hoeveelheid ontvangen granen en peulvruchten, uitgedrukt in Deventer mudden (115,53 liter).
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Rogge 262 432,3 423,8 472,8 449,7 446,9 411,9
Tarwe 35,4 18,2 44,2 4,8 25,0 32,7
Gerst 88,4 71,4 85,9 119,2 99,4 145,1* 286,1
Haver 194,8 106,9 158,8 170,9 105,0 140,8 124,7
Boekweit 98,3 129,5 217,2 162,6 123,3 188,0 187,5
Mengkoren 9,0 79,7 71,8 34,3
Erwten en bonen 6,8 10,7 8,5 12,6 9,8
Totaal 685,7 778,0 1017,3 1002,1 849,3 920,8 1052,7
*inklusief mengkoren

 

_______________↓_______________


|pag. III|

B. Graanprijzen in guldens van 20 stuiver per Deventer mud.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Rogge 0,60 0,75 0,90 1,70 1,80 3,40 5,30
Tarwe 0,63 1,15 1,35 2,60 2,601 4,95 7,65
Gerst 0,433 0,602 0,70 1,003 1,15 2,60 3,50
Haver 0,33 0,37 0,43 0,76 0,65 1,35 1,80
Boekweit 0,502 0,60 0,553 0,905 1,10 2,10 3,15
Mengkoren: zie gerst4
Erwten en bonen: zie gerst4

 

  1. In verband met een lage waarde van de Arnhemse prijs is hier die van Utrecht aangehouden.
  2. Schatting: geen gegevens beschikbaar.
  3. Schatting op basis van een of twee gegevens.
  4. Geen gegevens beschikbaar. Vermoedelijk was de prijs ongeveer gelijk aan die van gerst. Voor wat de bonen betreft verwijs ik naar de gegevens van Tijms over Arnhem( bonenprijzen 1543—1566).
    Voor wat de prijs van mengkoren betreft verwijs ik naar het feit dat in de rekeningen van het gasthuis over de jaren 1573-1576 gerst en mengkoren bijeen zijn genomen.

C. De hoeveelheid ontvangen granen en peulvruchten, uitgedrukt in guldens van 20 stuiver.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Rogge 157,2 324,2 381,4 803,8 809,5 1519,5 2183,1
Tarwe 22,3 20,9 59,9 12,5 65,0 250,2
Gerst 38,0 42,8 60,1 119,2 114,3 377,3 1001,4
Haver 64,3 39,6 68,3 129,9 68,3 190,1 224,5
Boekweit 49,2 77,7 119,5 146,3 135,6 394,8 590,6
Mengkoren 5,4 55,8 71,8 39,1
Erwten en bonen 2,9 6,4 6,0 14,5 34,3
Totaal eksklusief rogge 176,4 192,8 369,6 479,7 436,8 962,2 2101,0
Totaal 336,6 517,0 751,0 1283,5 1246,3 2481,7 4284,1

 

_______________↓_______________


|pag. IV|

Vervolg tabel 2.

D. Het percentage van de granen dat doorverkocht is (omgezet in geldinkomsten): post 3.1.3. gedeeld door post 1 (tabel 1).
 

Peiling Percentage
ca. 1450 10,7
ca. 1475 25,8
ca. 1500 4,51
ca. 1525 18,0
ca. 1550 15,2
ca. 1575 17,0
ca. 1600 32,9

 
1. Ook meer bijgekocht dan verkocht. De overige jaren kwam bijkopen nauwelijks voor.

Tabel 3. Analyse van de inkomsten van het gasthuis.

A. Indeling naar stad en platteland, uitgedrukt in procenten van het totaal. Zie voor nummering tabel 1.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Platteland;
1. Graanrekening 44,3 36,1 39,0 43,8 39,8 37,5 57,0
2.1. Vaate geldinkomsten 24,7 25,6 25,4 11,8 25,6 30,6 16,1
3.1. Incidenteel zonder granen 2,5 1,0 4,7 6,4 13,5 8,2 4,3
Totaal platteland 71,5 62,7 69,1 62,0 78,9 76,3 77,4
Stad:
2.2. Vaste geldinkomsten 12,9 28,3 27,3 19,1 16,5 14,9 10,9
3.2. Incidenteel 7,1 3,5 18,9 4,2 4,9 8,5
Totaal stad 12,9 35,4 30,8 37,7 20,7 19,8 19,4
3.3. Inkomen niet uit vermogen 15,6 1,9 0,1 0,3 0,4 3,9 3,2
Totaal 100 100 100 100 100 100 100

 

_______________↓_______________


|pag. V|

Vervolg tabel 3.

B. Analyse naar vaste en incidentele inkomsten, uitgedrukt in procenten van de totale inkomsten.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Vaste geldinkomsten 37,6 53,9 52,7 30,9 42,1 45,5 26,9
Incidenteel 18,1 10,0 8,3 25,3 18,1 17,0 16,0
Graanverkopen 4,6 9,3 1,8 8,0 6,0 6,4 18,7
Totale geldinkomsten 60,3 73,2 62,8 64,2 66,2 68,9 61,6

 
C. Analyse naar vast en incidenteel, uitgedrukt in procenten van de geldinkomsten. M.a.w. percentage vaste en incidentele inkomsten van wat er aan geldinkomsten is.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Vaste geldinkomsten:
-stad 21,3 38,9 35,2 29,7 24,9 21,6 17,6
-platteland 40,9 35,0 32,7 18,3 38,7 44,3 26,1
Totaal vast t 62,2 73,7 67,9 48,0 63,6 65,9 43,7
Incidentele inkomsten:
-stad 9,7 4,5 29,0 6,3 7,1 13,8
-platteland(zonder granen) 4,2 1,3 25,1 10,0 20,4 11,8 7,0
-granen 7,7 12,7 2,3 12,5 9,1 9,3 30,3
-niet uit vermogen 25,9 2,6 0,2 0,5 0,6 5,9 5,2
Totaal incidenteel 37,8 26,3 32,1 52,0 36,4 34,1 56,3
Totaal geldinkomen 100 100 100 100 100 100 100

 

_______________↓_______________


|pag. VI|

Tabel 4. Groeipercentages.

A. Groeipercentages van elke peiling t.o.v. de situatie rond 1450.
 

ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Totale inkomsten + 90 +156 +289 +316 +778 +897
Graan en peulvruchten + 55 +125 +284 +273 +643 +1183
Totale geldinkomsten +130 +229 +314 +356 +902 +921
Geldinkomsten (zonder verkochte granen) +118 +248 +293 +349 +885 +670
De prijs van rogge + 25 + 50 +183 +200 +467 +783

 
B. Groeipercentages van de peilingen t.o.v. de voorgaande peiling. (1475 t.o.v. 1450, 1500 t.o.v. 1475 enz.)
 

ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Totale inkomsten + 90 + 35 + 52 + 7 +111 + 14
Graan en peulvruchten + 55 + 45 + 71 – 3 + 99 + 73
Totale geldinkomsten +130 + 43 + 26 + 10 +120 + 2
Geldinkomsten (z. granen) +118 + 60 + 13 + 14 +119 – 22
De prijs van rogge + 25 + 20 + 89 + 6 + 89 + 56
Pachten (2.1.) + 97 + 33 – 29 +132 +152 – 40
Stadsinkomsten (2.2.) +317 + 30 + 6 – 2 + 90 – 17

 
Tabel 5. Enkele inkomsten uitgedrukt in mudden rogge van het prijspeil in het betreffende peiljaar.
 

ca. 1450 ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Totale inkomsten 1275 1909 2142 1726 1740 1947 1419
Graaninkomsten 557 689 834 755 692 730 808
Totale geldinkomsten 758 1397 1662 1109 1153 1341 876
Geldinkomsten (z. granen) 700 1220 1308 971 1048 1217 611
Pachten 310 489 543 203 446 595 228
Stadsinkomsten 162 540 584 329 287 289 154

 

_______________↓_______________


|pag. VII|

Tabel 6. Groeipercentages na omrekening in mudden rogge. (Reële groeicijfers)

A. Groeipercentages van elke peiling t.o.v. de situatie rond 1450.
 

ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Totale inkomsten + 52 + 70 + 37 + 38 + 55 + 13
Graan en peulvruchten + 24 + 50 + 36 + 24 + 31 + 45
Totale geldinkomsten + 84 +119 + 46 + 52 + 77 + 16
Geldinkomsten zonder verkochte granen + 74 + 87 + 39 + 50 + 74 – 13
Pachten + 58 + 75 – 35 + 44 + 92 – 26
Stadsinkomsten +238 +260 +103 + 77 + 78 – 5

 
B. Groeipercentages van de peiljaren t.o.v. van de voorgaande peiling.
 

ca. 1475 ca. 1500 ca. 1525 ca. 1550 ca. 1575 ca. 1600
Totale inkomsten + 52 + 12 – 19 + 1 + 12 – 27
Graan en peulvruchten + 24 + 21 – 9 – 8 + 5 + 11
Totale geldinkomsten + 84 + 19 – 33 + 4 + 16 – 35
Geldinkomsten zonder verkochte granen + 74 + 7 – 26 + 8 + 16 – 50
Pachten + 58 + 11 – 63 +120 + 33 – 62
Stadsinkomsten +238 + 8 – 44 – 13 + 1 – 47

 

_______________↓_______________


|pag. VIII|

Grafiek 1. Inkomsten van het Heilige Geest gasthuis in Deventer.

_______________↓_______________


|pag. IX|

Bijlage 1. De ordonnantie van 1283 (O.S.U. no. 2150, A.G.V. no, 5). Tekst zoals afgedrukt in Ketner, O.S.U. no 2150.

Universis presencia visuris et audituris nos scabini et consules in Daventria notum facimus et presentibus protestamur, quod nos ordinamus et ordinando statuimus, ut domus sancti Spiritus et nostri hospitalis in Daventria sit contenta personis duodecim corpore sanis propter loci pauperiem et personarum aggravationema). Ordinamus insuper, ne aliqua persona in fratrem seu sororem dicti nostri hospitalis recipiatur, quoadusque numerus fratrum et sororum dicte domus infra duodecim sit redactus, nisi forte aliqua persona, que dictam domum vellet dotare ad viginti libras vel amplius, claudis vero pauperibus ac debilibus exceptis, qui in dicto hospitali nostro frequenter invenient consolamen. Preterea de communi consensu fratrum et sororum prefatie hospitalis ordinamus et ordinando statuimus, ut cum numerus fratrum et sororum per mortem successivam in duodenarium redactus fuerit, prescriptum hospitale nostrum duodecim personis remeneat contentus cum sacerdote ibidem celebrante terciodecimo, nisi forte, sicut prescriptum est, aliquis vel aliqua dictam domum dotare vellet in tantum, ut de bonis suis sustentationem habere posset, et post obitum ipsius omnia bona sue hospitali remanerent.
Ut autem hec rata et firma maneant, sigillum nostrum presentibus duximus apponendum.
Datum et actum anno Domini millesimo ducentesimo octogesimo tercio, Dominica post Agnetis.
Nos autem scabini et consules supradicti constituimus in hiis scriptis Odonem et Iohannem aurifabrum, nostros cooppidanos, officiales hospitalis nostri predicti.
Datum ut supra.

a) HS.:aggrevationem.

_______________↓_______________


|pag. X|

Vervolg bijlage 1. Vertaling van de ordonnantie van 1283.

Aan allen die deze oorkonde zullen zien en horen, maken wij, schepenen en raden in Deventer, bekend en verklaren door deze dat wij ordonneren dat het huis van de Heilige Geest en van ons gasthuis in Deventer tevreden moet zijn met1 twaalf personen, gezond van lichaam, wegens armoede2 aan plaats en bezwaring van3 personen. Wij ordonneren daarboven dat geen persoon tot4 broeder en zuster van ons genoemd gasthuis ontvangen mag worden totdat het getal der broeders en zusters van genoemd huis onder de twaalf is teruggebracht, tenzij (het) toevallig enig persoon (is), die genoemd huis wil doteren met twintig pond of meer, uitgezonderd kreupelen, armen en zieken, die vaak troost zullen vinden in ons genoemd gasthuis. Daarenboven ordonneren wij met de gemeenschappelijke instemming van de broeders en zusters van voornoemd hospitaal, dat, wanneer het getal der broeders en zusters door opvolgende sterfte tot een twaalftal zal zijn teruggebracht, ons voorschreven gasthuis tevreden moet blijven met twaalf personen, met een aldaar celebrerende priester als dertiende, tenzij toevallig zoals voorschreven is enig man of vrouw genoemd huis wil doteren met een zó groot bedrag, dat hij van zijn goederen zijn onderhoud kan hebben, en na zijn dood al zijn goederen aan het gasthuis blijven.
Opdat deze vast en gestaag blijven, hebben wij ons zegel aan dit stuk doen hangen.
Gegeven en gedaan in het jaar des Heren 1283, zondag na St. Agnes.
En wij schepenen en raden bovengenoemd stellen aan in dit geschrift Odo en Johannes de goudsmid, onze medeburgers, als officialen van ons genoemd gasthuis
Gegeven als boven.

  1. : niet meer mag bevatten dan
  2. : gebrek
  3. : met
  4. : als

Vertaling Drs. G. A. van Es.

_______________↓_______________


|pag. XI|

Bijlage 2.

Verspindingen. ( Bron: A.G.V. band C, fo. 282 e.v.)

A. Brood en boter uitdelingen.
 

Datum Hoeveelheid Ingesteld door
1. Vasten 6 mud rogge arent opperheeft en Alyt sijn huysvrouwe
2. Beloken pasen
     (eerste zondag na pasen)
6 mud rogge
1/2 vat boter
Alyt Strubbe
3. 14 dagen ne pasen 5 mud tarwe
1/2 vat boter
Vos van Vermoele
4. St. Pancratius
     (12 mei)
5 mud tarwe henrich kannyken ende mechtelt syn huysvrouwe
5. St. Pontianus
     (13 aug.)
5 mud rogge Philippus van wesepe en lubbe syn huysvrouw
6. St. Bartholomeus
     (24 aug.)
4 mud tarwe
1/2 vat boter
herman blaeuwe
7. St. Nicolaas
     (6 dec.)
6 mud rogge
1/2 vat boter
wendele sprengen
8. Purificatio Marie
     (8 dec.)
4 mud tarwe Bruyn kalvewynkel ende webele syn huysfrouwe
9. Idem 5 mud tarwe
1/2 vat boter
Johan Ockenbroeck

 
B. Weekgeld, 3 of 4 stuiver per persoon. Totalen vanaf 1558.
 

1558 41 goltgulden 1566 357 goltgulden
1559 118     “ 1567 306     “
1560 224     “ 1568 288     “
1561 361     “ 1569 205     “
1562 359     “ 1570 168     “
1563 385     “ 1571 156     “
1564 379     “ 1572 100     “
1565 461     “

 

_______________↓_______________


|pag. XII|

Kaart overgenomen uit: Geschiedkundige Atlas van Nederland, ’s Gravenhage 1913-1932.

_______________↓_______________


|pag. XIII|

Noten.

A.G.V. : Archieven van het Groote en Voorster Gasthuis te Deventer.
O.S.U. : Oorkondenboek van het Sticht Utrecht tot 1301.

Noten op pag. XIII t/m. XVIII zijn in de tekst opgenomen als zijnoten.

_______________↓_______________


|pag. XIX|

BRONNEN EN LITERATUUR.

Archivalia.

Archieven van het Groote (vroeger Heilige Geesten-) en Voorster gasthuis te Deventer (1267-1815). Afkorting A.G.V.
De stukken van heide gasthuizen zijn dooreen op volgorde van ouderdom gekatalogiseerd. Losse stukken zijn genummerd. Leggers
manualen en bundels zijn voorzien van letters.
Gebruikt zijn;
Losse stukken tot nummer 1305 (1267-1600),
Ligger C; een ligger uit 1563 betreffende; “alle des hylligen geestes gasthuys erfnisse ende Rente”.

Band Z; rekeningen 1447, 1448, 1449.
rekeningen 1473, 1474, 1475.
rekeningen 1498, 1499, 1500.
rekeningen 1523, 1524, 1525.
rekeningen 1547, 1548, 1549.
rekeningen 1572/73, 1573/74, 1575/76.
rekeningen 1598, 1599, 1600.

 
Gedrukte bronnen.

  • Doorninck J.I. van, Catalogus der Archieven van het Groote (vroeger Heilige Geesten-) en Voorster Gasthuis te Deventer, Deventer 1879.
  • Ketner F, (ed) Oorkondenboek van het Sticht Utrecht tot 1301, deel IV en V, ’s Gravenhage 1954-1959.

 
Literatuur.

  • Acquoy J, Instellingen van weldadigheid in Deventer, Deventer 1929.
  • Alberts W.J, De middeleeuwse stad, Bussum 1968.
  • Alberts W.J, en H.P.H. Jansen, Welvaart in wording, sociaal- economische geschiedenis van Nederland van de vroegste tijden tot het einde der middeleeuwen, ’s Gravenhage 1964.


↓pag. XX↓

  • Blockmans W.P, en W. Prevenier, “Armoede in de Nederlanden van de 14e tot het midden van de 16e eeuw: bronnen en problemen”, Tijdschrift voor Geschiedenis (TvG), 88 (1975), 501-538.
  • Bornewasser J.A, Geschiedenis der Nederlanden, deel I, Amsterdam/Brussel 1977.
  • Dumbar G, Het Kerkelijk en Wereltlijk Deventer, Deventer 1732.
  • Dijck G.C.M. van, De Bossche Optimaten, Geschiedenis van de Illustere Lieve Vrouwe broederschap te ’s Hertogenbosch, 1318-1973, ’s Hertogenbosch 1973.
  • Gelder H.E. van, De Nederlandse munten, Utrecht/Antwerpen 1965.
  • Gosses I.H. en N. Japikse, Handboek tot de Staatkundige Geschiedenis van Nederland, ’s Gravenhage 1947.
  • Habermehl N.D.B, “Het Heilige Geest gasthuis te Zwolle in de late middeleeuwen: stichting en ontwikkeling”, Overijsselse Historische Bijdragen XCV (1980), 138-165.
  • Hoff B. van ’t, Deventer als Hanzestad, Deventer 1931.
  • Hoff B. van ’t, Kroniek der stad Deventer, ’s Gravenhage 1939.
  • Jansen H.P.H, “Holland’s Advance”, Acta Historiae Neerlandicae X (1978), 1-19.
  • Kappelhof A.C.M, “Het Bossche Geefhuis. Het inkomen uit het vermogen van de Tafel van de H. Geest van Den Bosch 1450-1810”, overdruk uit Varia Historica Brabantica X, ’s Hertogenbosch 1981.
  • Koch A.C.F, “Die Anfänge der Stadt Deventer”, overdruk uit Westfälische Forschungen Bd 10, Köln 1957.
  • Koch A.C.F, “Overzicht van de Deventer geschiedenis” in E.H. ter Kuile, De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst, Deel IV, De provincie Overijssel, tweede stuk, Zuid-Salland, ’s Gravenhage 1964.
  • Ligtenberg Chr, De armenzorg te Leiden tot het einde van de 16e eeuw, ’s Gravenhage 1964.
  • Lis C. en H. Soly, Poverty and Capitalism in pre- industrial Europe, reeks: Pre- Industrial Europe 1350-1850 dl. I, Hassocks 1979.
  • Post R.R, Kerkgeschiedenis van Nederland in de Middeleeuwen, Utrecht/Antwerpen 1957.
  • Querido A, Godshuizen en Gasthuizen, Amsterdam 1960.
  • Ruitenberg G.M.W, “Het Sint Bartholomeusgasthuis te Utrecht

    ↓pag. XXI↓
     
    1367-1500″, Jaarboek Oud-Utrecht 1979, 8-53.
  • Sillem J.A, “Tabellen van Marktprijzen van granen te Utrecht in de jaren 1393 tot 1644. Uit de rekeningen en weeklijsten der domproosdij, bewerkt en toegelicht door Mr. J.A. Sillem”, Verhandelingen der Koninklijke Akaderale van Wetenschappen te Amsterdam. Afdeling letterkunde. Nieuwe reeks. Deel III, no. 4, Amsterdam 1900, 3-35.
  • Sneller Z.W, Deventer, die Stadt der Jahrmarkte, Pfingstblätter des Hansischen Geschichtsvereins, Blatt XXV (1936), Weimar 1936.
  • Soly H, “Economische ontwikkeling en sociale politiek in Europa tijdens de overgang van Middeleeuwen naar nieuwe tijden”, TvG 88 (1975), 584-597.
  • Stuijvenberg P. van, “De depressie van de veertiende en vijftiende eeuw”, in; H. Baudet en H. van der Meulen (ed.), Kernproblemen der economische geschiedenis, Groningen 1978.
  • Tijms W, Prijzen van granen en peulvruchten te Arnhem, Breda, Deventer, ’s Hertogenbosch, Kampen, Koevorden, Maastricht, Nijmegen, I, Groningen 1977.
  • Uytven R. van, “Prijsgeschiedenis”, in: H. Baudet en H. van der Meulen (ed.), Kernproblemen der economische geschiedenis. Groningen 1978.
  • Uytven R. van, “Oudheid en Middeleeuwen”, in: J.H. van Stuijvenberg (red.), De economische geschiedenis van Nederland, Groningen 1977.
  • Verhuist A, en R De Bock-Doehaerd, “Het sociaal- economische leven tot circa 1000. Nijverheid en handel” in: Algemene Geschiedenis der Nederlanden, deel I, Bussum 1981.
  • Wartena R, Oude en Nieuwe Gasthuis Zutphen, 1625-1975, Zutphen 1975.
Category(s): Niet gecategoriseerd

Comments are closed.