[pag. 84]
ZEGELS VAN DE PROVINCIALE SINODE EN VAN DE CLASSES IN OVERIJSSEL.
___________
In het Kerkhistorisch Archief, dl. I blz. 443 en vlgg., plaatste vroeger de heer N. C. Kist eene medeeling over de zegels en zinnebeelden der Nederlandsche Hervormde kerken.
De zegels van de provinciale sinode en van de classes in Overijssel zal men daarin echter te vergeefs zoeken. Ook deze hebben echter bestaan en ik wensch daarom hier mede te deelen, wat mij dienaangaande bleek.
In de sinode den 15en Juli 1622 te Zwartsluis gehouden, werd besloten dat de credentiebrieven van de afgevaardigden ter sinode, voortaan met een zegel zouden moeten bekrachtigd zijn, waartoe elke classis der provincie haar eigen zegel zouden hebben, en dat het symbolum van het zegel op de eerstkomende sinode ter tafel zou gebracht worden, om daarvan alsdan kennis te nemen en het aan de goedkeuring der vergadering te onderwerpen. Tevens werd toen in overweging gegeven, of het niet raadzaam zou zijn, dat ook de sinode zelve een zegel bezat, waarop men besloot dat in deze vergadering een zegel der sinode zou worden ontworpen.
Op ’t eind der sinode werd dan ook besloten: ,,Int besluyten van desen synode is nae den art. 3 van een zeghel Synodi Tranyssulaniae gesproken worden, ende finalycken resolveert dit naevolghende: voortaen te ghe-
[pag. 85]
bruycken: Een brannende Lampe op een boeck, ende sal classis Campen het laten maken.’’
Den 17en December 1622 werd in eene vergadering der gedeputeerden van de sinode te Zwolle, vertoond: ,,het sigillum van den synodo, classi Campensi opgelecht te maken, hetwelck den aenstaenden synodo sal overlevert worden.’’
Sub 12 werd den 17en Juni 1623 te Deventer in de sinode besloten: ,,Nopende ’t geene dat in tertio membro des derden artickels geresolveert is, van dat een yder Classis huius Provinciae zijn eygen segel zoude hebben, ende ten dien eynde een yder het syne op deesen Synodum inbrengen, omme besichticht ende geapprobeert te worden, so ist, dat de E. Broderen van Zwolle hyr over gehoort synde, hebben hyrover tot antwoort gegeven sulx onnodich te syn, ende noyt als een gravamen om ad Synodum te brengen, in haren Classe voorgecomen te zyn, hebben niettemin aengenomen sulex ad classem te refereeren, ende is hyrop van den E. Synodo goetgevonden darmet te supersedeeren totten Nationalem Synodum, blyvende de voorighe acte in esse.’’
Sub 13 werd vermeld: ,,Sal sigillum synodael van de E. deputato Synodi ingebracht worden. Is van domino Paulo Leonardo gedaen.’’
In de acta der Sinode, den 1en Juni 1624 te Kampen gehouden, leest men sub 6°. dat besloten is: ,,de acta des voorgaenden Synodi syn herleesen, ende is op het 12e artickel, elckes classis seegel gevordert, ende hebben ingebracht het classis van Deventer litteram ה, met: novit Dominus qui sint sui. Het classis van Swolle eenen openen bibel met: Scrutamini scripturas. Het classis van Steenwijck ende Vollenhoo: twee handen
[pag. 86]
in elkanderen met: en dextra fides; dewelcke syn goetgevonden.’’
Het zegel der classis van Kampen werd in de vergadering den 22 Juni 1625 te Zwolle gehouden, overgelegd. We lezen sub 9°.: ,,de broeders der classis Campen hebben volgents den 6 artickel haer classicaal zegel ingebracht ’t welck is een geestelycken ridder met dese opschrift: Die wel campt word ghecroont. Dit sigellum heeft Synodus geapprobeert.’’
N. U.
__________