Wanneer 6 Juni 796 Ludger Redgars zoon aan den priester Ludger van de abdij Werden schenkt zijn erf in de villa Bidningahem en een erf in Thornspiic en zijn deel in het woud Suiftarband, behalve een deel in de weide Blidgerimad, dan vermoed ik dat een deel dier goederen nu door de Zuiderzee is bedolven.
De oorkonde zegt aan ’t slot: Acta est autem publiee in loco qui dicitur adosamnis. (1 )
De Werdensche abt Heinrich Duden 1573-1601 teekende daarbij aan: Ruhrort, als plaats der uitvaardiging, scheidende ad os amnis.
Later streek hij die glosse weer door, omdat de goederen bij den IJssel waren gelegen.
Zou men onder ad os amnis niet IJsselmuiden hebben te verstaan?
Mr. J. NANNINGA UITTERDIJK.