Maarten van Rossum

Maarten van Rossum (ook Marten en Rossem) (Zaltbommel ca.1478 – Antwerpen 7 juni 1555) was een Gelderse legeraanvoerder, die buiten zijn vaderland zeer werd gevreesd door de nietsontziende manier waarop hij oorlog voerde. In een lange carrière bracht hij zijn lijfspreuk: “Blaken en branden is het sieraad van de oorlog” veelvuldig in de praktijk. Zijn manier van oorlogvoeren is goed te vergelijken met die van zijn Italiaanse collega’s de condottieri en kenmerkte zich door guerrilla-achtige tactieken, waarbij de burgerbevolking nog minder dan in zijn tijd gewoon was werd ontzien.

Gedurende dertig jaar diende hij de belangen van de hertogen van Gelderland Karel van Egmont en diens opvolger Willem van Gulik, Berg en Kleef in hun strijd om de onafhankelijkheid van Gelderland veilig te stellen tegen de Habsburgse Nederlanden van keizer Karel V. Van Rossum bracht een lange lijst van wapenfeiten op zijn naam, waaronder de verovering van Arnhem en Rhenen door het toepassen van krijgslisten, plundertochten in Holland, de verovering van Utrecht in 1527, zijn opzienbarende aanval op Den Haag in 1528 en zijn veldtocht tegen Brabant (1543-43). Na de ondergang van het hertogdom Gelre vocht hij de laatste jaren van zijn leven in dienst van zijn oude vijand keizer Karel V tegen Frankrijk. Bron: http://nl.wikipedia.org/wiki/Maarten_van_Rossum

Comments are closed.