Inleiding

[]

INLEIDING

Alleen wie de zaak van Christus’s kerk
in eigen tijd ernstig neemt, kan dit
stuk kerkhistorisch verleden bezien in
het licht van de worsteling om de kerk
van alle tijden.

Bestudering van een plaatselijk reformatieproces is even zinvol als een studie over de grote reformatoren. De door hen geformuleerde beginselen moeten nl. op regionaal – en plaatselijk niveau doorwerken, wil er van een geslaagde reformatie sprake kunnen zijn.
Deze doorwerking krijgt aan de basis iets heel concreets; Binnen de plaatselijke r.k. kerk ontstaan nieuwe geluiden. Buiten de gevestigde kerk vertolken in conventikels lekenpredikers reformatorische geluiden. Bezoekers van geheime samenkomsten verschijnen met naam en toenaam in het voetlicht. Praktisering van de reformatorische beginselen doet de r.k. stedelijke overheid in actie komen. Op het stadhuis verschijnen raadspublicaties inzake de godsdienstige vernieuwingen, maar tegelijk worden elders in de stad fameuze libellen verkocht. Terwijl op het stadhuis suspecte boeken worden ingeleverd, blijven conventikelgangers in het geheim vergaderen.
De doorwerking van de reformatorische beginselen verbreed zich aan de basis: De burgerij komt in beweging. Tenslotte ontstaat een georganiseerd kerkelijk leven dat van de overheid binnen het stedelijk samenleven een wettige plaats krijgt toegewezen. En daarmee is de kern van het zestiende-eeuwse reformatieproces te Kampen aangegeven. In dit werkstuk staat de wording van deze gereformeerde kerk van Kampen centraal.
De ontstaansgeschiedenis van de geref. kerk te Kampen is verweven met tal van factoren op godsdienstig – en politiek gebied. Terwijl de geref. kerk centraal blijft staan, moet tevens een schets gegeven worden van de politieke ontwikkelingen op landelijk -, provinciaal – en plaatselijk niveau. Gekozen is voor een opzet waarbij enzerzijds de schets van de politieke situatie niet het kader wordt waarin de kerkgeschiedenis geperst wordt. Anderzijds wordt de ontwikkeling op godsdienstig gebied niet aan die op politiek terrein op-

[I]

gedrongen. Beide grootheden worden dan ook in verschillend lettertype weergegeven. De politieke schetsen in de diverse hoofdstukken dienen als voorinformatie voor de ontwikkeling op godsdienstig gebied.
De indeling en omvang van de hoofdstukken worden bepaald vanuit de stagnering dan wel voortgang van het reformatieproces. Deze innerlijke maatstaf heeft tot gevolg dat de hoofdstukken in omvang en tijdsbestek sterk kunnen verschillen.
Een enkel hoofdstuk heeft niet de gereformeerden als thema. Zo wordt hfst. III -het proces Warnersz.- gegeven als onmisbare schakel in het reformatieproces. Tevens dient dit hfst. om zicht te krijgen op de houding van burgerij en stedelijke overheid t.a.v. de nieuwe ontwikkeling op godsdienstig gebied. Hfst. VI behandelt het thema ‘Katholieke restauratie’. Maar reeds uit de titel blijkt dat het hier gaat om een poging tot het terugdraaien van die ontwikkeling die als kern heeft de wording van de gereformeerde kerk ter plaatse.
Het ontstaan van de geref. kerk te Kampen kan niet worden getekend aan de hand van interne stukken. Het kerkelijk archief over de beginjaren ontbreekt vrijwel geheel. Slechts een lidmatenlijst, aangelegd vanaf 1579, staat hiertoe ter beschikking. Het beeld moet worden opgebouwd uit tal van externe stukken: Uit stedelijke publicaties, uit minuten van uit het stadhuis uitgegane brieven, uit op het stadhuis ingekomen stukken, uit raadsverslagen, uit notulen van provinciale politieke vergaderingen van ridderschap en steden, uit rechterlijke vonnissen, uit stedelijke benoemingsbrieven van pastoors en predikanten en uit andere archivalia. De aard van deze stukken is veelsoortig; de vindplaatsen zijn verspreid. Bronnen:

I. Het onderzoek is hoofdzakelijk gebaseerd op archiefstukken uit de Archieven der gemeente Kampen.

– Uit ‘Het Oud-Archief’ (O.A.) werden 256 stukken gebruikt, verspreid over de volgende 34 bronnen: O.A. 22, 94, 95, 96, 97, 224, 225, 226, 242, 243, 306, 441, 451, 452, 454, 455, 457, 2252, 2255, 2257, 2258, 2259, 2260, 2261, 2262, 2263, 2273, 2502, 2513, 2514, 2515, 2516, 2517, 2526.

[II]

– Uit ‘Het Rechterlijk Archief’ (R.A.) werden 9 stukken gebruikt, verspreid in bron R.A. 2.
– Uit ‘Het Nieuw-Archief’ werden gebruikt:
Archief ‘Classis Kampen van de Ned. Herv. Gemeente’, no. 1.
Archief ‘Nederl. Herv. Gemeente te Kampen’, no. 138.

II. Naast bovenvermelde archiefstukken werd de volgende -secundaire- lectuur geraadpleegd:

1 P.J. Blok, Geschiedenis van het Nederlandsche volk, dl. III Groningen, 1896.
2 S. Elte, Kampen van Rooms-katholiek tot Calvinistisch, van ongeveer 1530 tot ongeveer 1580 -Versl. en Meded. Ver. Ov. Regt en Gesch., 67e stuk, Deventer 1952, m.n. blz. 83-133.
3 S. Elte, De rechtzaak tegen Peter Warners, boekdrukker te Kampen (1566-1567)- Kamper Almanak 1951-1952, blz. 148-173.
4 S. Elte, Het conflict van de magistraat van Kampen en de vice-cureit Gerrit Willemsz. van Plo in het jaar 1567. -Versl. en Meded. Ver. Ov. Regt en Gesch., 51e jrg., Deventer 1935, blz. 90-111.
5 H. de la Fontaine Verwij, Het huis der liefde, -Humanisten, dwepers en rebellen in de zestiende eeuw. , serie ‘Uit de wereld van het boek’, Amsterdam 1975.
6 Knipscheer, art. ‘Holstech’ -Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, dl. VIII, Leiden 1930, blz. 799-800.
7 G.H.A. Krans, Peter Warnersen, drukker en uitgever te Kampen. –‘Het Boek’, dl. XXIV, 2, ’s-Gravenhage 1937, blz. 147-186.
8 J. Loosjes, art. ‘Holstech’ -Biographisch Woordenboek van prot. godgeleerden in Ned., dl. IV, ’s-Gravenhage – 1931, blz. 179-182.
9 B. Meijer, Naamlijst van predikanten, die de Herv. Gem. te Kampen gediend hebben sinds de hervorming -(stencil), 1964, G.A. Kampen.
10 J. Nanninga Uitterdijk, Vervolging van boekdrukkers te Kampen wegens het drukken van fameuse libellen en geuzenliederen, 1566-’67 –in

[III]

Bijdragen tot de Gesch. v. Ov., dl. IV, Zwolle 1878, blz. 306-345.
12 F. Pijper, Anastasius Veluanus., Bibliotheca Reformatoria Neerlandica, dl. IV, blz. 123-376.
13 E. Ranke, art. ‘Oktave’ -Realencijklopädie fürprotestantische Theologie und Kirche3, Leipzig 1904, Band XIV, s. 350-351.
14 J. Reitsma en S.D. van Veen, Acta der Provinciale en Particuliere Synoden gehouden in de Noordelijke Nederlanden gedurende de jaren 1572-1620, dl.V, Groningen 1896, blz. XVI-XX en blz. 193-221.
15 A.A. van Schelven, art. ‘Johan Arentz’ -Nieuw Nederl. Biogr. Woordenboek, Leiden 1911, dl.I, blz. 165-168.
16 D.van der Vlis, De bevolking van Kampen van het begin der vijftiende tot het begin der twintigste eeuw. -Versl. en Meded. Ver. Ov. Regt en Gesch., 89e stuk, 1974, m.n. blz. 14-17.
17 Zöckler, art. ‘Vigilien’.- R.E.P.3, Leipzig 1908, Band XX, S. 632-633.

De afgrenzing van de te behandelen periode vindt plaats op grond van de volgende motieven:
Voor 1555: In 1555 vindt troonsopvolging van Karel V door Philips II plaats. Nog meer dan zijn vader streeft deze naar een centraal alles omvattend regeringsapparaat. Hij past de kerk in in het regeringsbestel. De nieuwe kerkelijke indeling van 1559 is in aantocht. In genoemd jaar staat de stedelijke overheid nog geheel op r.k. standpunt. Begin van de jaren zestig reeds worden de gevolgen van het concilie van Trente waarneembaar. Rond 1555 stagneert de activiteit van de wederdopers. In toenemende mate wordt vanaf die tijd het proces van reformatie bepaald door de gereformeerden. Voor 1588: Genoemd jaar is het jaar van de Armada, symbool van Spanje’s politieke debâcle t.a.v. de Nederlanden. In dit jaar heeft de stedelijke overheid een voluit gereformeerde stellingname. De geref. kerk ter plaatse is dan reeds opgenomen in een geregeld kerkverband en ze heeft haar positie in het stedelijk leven geconsolideerd.

Category(s): Niet gecategoriseerd

Comments are closed.