Uit Overijssel’s Verleden. VII. Schoolzaken.

UIT OVERIJSSELS’ VERLEDEN.

VII.

Schoolzaken.

     Nog is dezelfde zegsman aan het woord en we zijn dus nog te Deventer in 1736 ongeveer.
     Op de Latijnse scholen worden dese boeken gebruikt.
     Op de Rectors schole: Logica, Ciceronis Orationes, Horatius, Virgilius, Novum Testamentum, Lucianus.
     Conrectors schole: Justiuus, Terentius, Florus, Tibullus, N. Test., Fabulae Phaedri.
     3e School: Nepos, Ciceronis Epistolae, Cato, Fundam. Linguale Graecae.
     2e School: Phaedrus, Corderii Colloquia, Disticha Catonis, Rudimenta Linguae Graecae.
     1e School: Vocabula, conjugationes, declinationes, Corderii Colloquia.

_______

     Op de Latijnse scholen worden dese praemia gegeven:
     Rectors schole: Petiscus en de Grieksche bible.
     Conrectors schole: Hoogstraten en Horatius van Bentlei.
     Derde school: Hesiodus en Sanetii Minerva.
     Tweede school: Colloquia Erasmi en Cantelius.
     Eerste school: Phaedrus en Nepos.
     Tot schrijfpremie op de 3e school een boek met wit papier, op de 2e en le school een bos pennen, met roode en witte linten omvlogten.
_______

     Wanneer promotie van de scholieren is krijgen de Cameraer in tempore, de beide heeren Curatoren uit den Magistraat, gelijk ook de Secretaris van den Schoolraat, zijnde altijd de jongste Secretaris, ijder 1 gl. 12 st.; de overige heeren van den Magistraat ijder 16 st.; bijaldien sij bij de promotie niet present sijn geweest, wort het gelt in de busse gesmeten.
D’andere drie Secretarissen, de vier Professoren, de vijf Praeceptoren en de twee heeren Scholar(ch)en uit de Gezworen Gemeente krijgen ijder 16 st.; de 8 Dienaers van de Stad en de Claviger ijder 8 st.
_______

     Etiquette omtrent d’Heeren Curatoren:
     Wanneer een Professor eene inaugurale oratie of anders doen sal, vergaderen d’Heeren van de Magistraet des morgens om 10 uuren en komen d’Heeren Curatoren neffens die van de Gesw. Gem. mede ter selver tijde op het ’s lands huis alwaer door de Stad Spaansche wijn, brandewijn en tafelkoeken geset worden, om die Professor die de oratie doen zal af te halen, alwaer sig dan ook de andere Professoren laten vinden. (Soo een nieuwe Professor sijn intree oratie doen sal, wort eerst door 2 Professoren van sijn huis gehaelt en op ’s lands huis soo even gemelt gebragt). Wanneer dan den Magistraet resolveert na het auditorium te gaen, voorafgegaan door de vier roedendragers, wort daer op gelet door de heeren Curateuren des Rades hun Stads dienaer, wanneer ’s lands huis gepasseert sijn treet de Professor die de oratie doen sal, eerst uit de kamer en daerna de Curateuren des Rades, die den Professor in ’t gaen tussen (hen) beiden nemen, dan de Rector Magnificus, volgende de twee Curatoren uit de Gesw. Gem., die dien Professor ook in het midden nemen, dan gaet de Secretaris der Curateuren gevolgt van de overige Professoren die dan den Secretaris tussen hun beiden nemen, en alsoo gaen dese negen drie aen drie, alle in ’t swart met swarte mantels agter het corps van de Magistraet na het auditorium; daer comende, terwijl de musicanten die in een hoek staen agter een scherm, spelen, geschiet den ingang op deselve wijse, dog in het gaen sitten treden de Curateuren des Rades en der G. G. met de Secretaris door, en plaetsen sig naest den anderen aen de regtersijde van het gestoelte en op den Secretaris volgen de Professoren in haer rang, dan de Predicanten en soo vervolgens, de nieuwe Professor gaet voort na de catheder en blijft stil tot dat het musijcq ophout. Op deselve wijse d’oratie gedaen sijnde, gaet men weder weg, de Magistraet na het stadhuis en d’anderen weder na het ’s lands huis.
’s Avonds geeft de Professor op stads wijnhuis een collation op sijn kosten, vereerende hem de stad $$\frac{1}{2}$$ aem Franse wijn.
_______

     Hoe het bij de aftreding van een Rector Magnificus ging, heeft Gerh. Jordens Hz. opgeteekend in het vroeger door mij besproken handschrift. Het begin van zijn verhaal strookt met het bovenstaande. Bij het gaan naar het auditorium gaat — zoo verhaalt hij — die professor, welke Rector Magnificus zal worden, in het midden der twee Curatoren uit de Gezw. Gem. en in het wederkomen de afgetreden R. M.
In het Gymnasium gekomen, treed de Magistraat de regterhand, de 2 Professoren de linkerhand af, zittende de Professor, welke die post staet te aenvaerden, tussen de Curatoren uit de Magistraet en de Gesw. Gem., maer de afgaende als hij georeert heeft, onder de vier Curatoren, ja zelfs onder de Secretaris. Bij het inkomen word achter een scherm gemusiceert, nae een weinig tijts gespeelt te hebben, doet d’afgaende R. M. een oratie, wanneer hij in het laetste die ghene noemt, die hen sal succederen en vervolgens bij hem op de cateder versoekt, deze gekomen sijnde, geeft hij hem met een aanspraak bij jeder waarom, eerst twee boeken, dan de sleutels en ten laetsten het sigillum. Dat gedaen sijnde, wenst hij hen geluk en eindigt na de auditores te hebben aengesproken.
     Waerna wederom wort gemusiceert. Dat gedaen sijnde doet de (nieuwe) R. M. eene redevoering in forma dat doorgaens een uur duurt, nae het einde van deselve, word dan weder gespeelt; onder het blasen gaen de Heeren van de Magistraet weder na het stadhuis en de Curatoren nevens de twee Professoren nae het ’s landshuis, alwaer hun weder word gepresenteert als voren gemeld en de R. M. word daer gefeliciteert, die daer op de Curatoren en Professoren ’s avons tegen 5 uren aen sijn huis op een pijpje tabak en glaesje wijn versoekt, so als hij daer nae ook aen een jeder sijn huis ook nog laet doen.
     Zoo wilde het de etiquette in 1744.

Mr. J.I. v. D.

_________________
Doorninck, Mr. J.I. van (1883, 6 Augustus) Uit Overijssel’s Verleden. VII. Schoolzaken. Prov. Overijs. en Zwol. Cour. (182), p. 2.

Category(s): Deventer
Tags:

Comments are closed.