Samenvatting

|pag. 85|

Samenvatting

Het onderwerp van mijn scriptie is het 19e eeuwse Kamper St. Geertruiden-gasthuis en zijn bewoners.
Mijn bedoeling is een stukje sociale geschiedenis over Kampen te beschrijven. Ook wilde ik, door het Kamper gasthuis exemplarisch te gebruiken, de situatie van ouderen in de vorige eeuw beschrijven. Echter, over dit onderwerp is onvoldoende secundaire literatuur beschikbaar, en kan pas op basis van uitgebreider onderzoek een algemene conclusie worden getrokken.

De eerste twee hoofdstukken geven een algemeen beeld over ouderen en hun opvang in het verleden in ons land. Hoofdstuk 1 beschrijft de geschiedenis van de gasthuizen. Hierbij krijgt het begrip liefdadigheid bijzondere aandacht. Het gasthuis heeft hieraan zijn ontstaan te danken.

Het volgende hoofdstuk gaat over hoe het is om in het verleden oud te zijn. Allereerst komt dan de algemene beeldvorming over ouderen ter sprake. Het tot voor kort bestaande positieve beeld over ouderen in het verleden blijkt niet helemaal juist te zijn of in ieder geval weinig genuanceerd. Bovendien blijkt het moeilijk om de ‘oude mens in het verleden’ te definiëren.
Ook de verschillende huisvestings- en opvangmogelijkheden in de vorige eeuw voor ouderen komen ter sprake.

In hoofdstuk 3 kom ik terecht bij de Kamper situatie. Na een beschrijving van de ontwikkeling van de armenzorg in Kampen, volgt een schets over het ontstaan en de ontwikkeling van de gasthuizen ter plaatse. Speciale aandacht wordt geschonken aan het het St. Geertruidengasthuis.

De organisatie binnen het gasthuis wordt in de hoofdstukken 4 en 5 behandeld. De regenten hadden de leiding, dit in samenspraak met het gemeentebestuur. Duidelijk komt hier ook de steeds groter wordende invloed van de gemeentelijke overheid naar voren, welke er uiteindelijk toe leidt dat het gasthuis in 1895 een gemeentelijke instelling wordt.
De vader en moeder waren belast met de uitvoerende taken in het gasthuis onder verantwoordelijkheid van de regenten. Voor de bewoners gold een stelsel van geboden en verboden, waarvoor bij overtreding strenge straffen golden.

|pag. 86|

Het toelatingsbeleid bestaat uit de voorwaarden waaraan bij binnenkomst voldaan moest worden, de te volgen procedure bij aanmelding en de gehanteerde tarieven voor het verkrijgen van een kostkopersproeve. Deze aspecten worden behandeld in hoofdstuk 6.

Hoofdstuk 7 gaat over de bewoners. Hoeveel mensen woonden in het gasthuis, hoe oud waren ze, hoe lang woonden ze daar, op welke leeftijd werden ze geplaatst, wat was hun kerkelijke gezindte en wat waren de beweegredenen voor plaatsing.

Tenslotte handelt het laatste hoofdstuk over het leven van alledag in het gasthuis en de leefomstandigheden van zijn bewoners. Het welbevinden van de bewoners is moeilijk te achterhalen. Over de omstandigheden in het gasthuis valt meer te melden. Het onderzoek hiernaar deed ik aan de hand van de volgende thema’s: dagindeling, arbeid, voeding, kleding, gezondheid en ziekte, behandeling van klachten en verzoeken, extra verstrekkingen, vertier en ontspanning, overtredingen en straffen en status bewoners.

In de epiloog trek ik de lijn door naar het heden. Ik beschrijf hoe het gasthuis zich ontwikkeld heeft in de 20e eeuw. In het kort schets ik het ‘gasthuis’ in zijn huidige vorm.

In mijn uiteindelijke conclusie stel ik dat de leefomstandigheden in het gasthuis, vergeleken met die in andere tehuizen waarschijnlijk nog niet zo slecht waren. Maar voor een goed vergelijk zouden meer tehuizen onderzocht moeten worden.
De voorzieningen hebben zich gedurende de eeuw uitgebreid, wat mogelijk kan wijzen op een omslag in het denken over ouderen en ouderdom.
Ook concludeer ik dat de consistente ontwikkeling van Middeleeuws gasthuis naar hedendaags verzorgingstehuis problematisch is. Bovendien, waarom zijn andere vormen van ouderenopvang, die ook in de vorige eeuw aanwezig waren, niet tot bloei gekomen?

Category(s): Kampen
Tags: ,

Comments are closed.