Bijlage I, II, III en VI.

Bijlage

I.

In 1846 vormden de volgende leden de christelijke afgescheiden gemeente:

Willem Frieling en Geertje Jans Benning
Jan tien Maradorf
Jan Kruithof en Johanna Pothman
Herm Oosten van de Vegt
Roelof Steenbergen en Klaasje van Veen.

Bij hen sloten zich aan:

Henderik ten Bruggen
Zwaantje Moet
Evert Kruithof en Helligje de Vries
Lucas Benning
Klaasje Huisman
Jacob Oosten van de Vegt
Geertje van de Sluis
Berend van Dalsem
Geesje Broekhuis
B. J. W. Mans Wintersberg
Elisabeth Klerk
Jacob Drupsteen
Helligje Gortemaker
Albert Rietberg
Willem van de Velde
Egbertje van Dijk
Johannes Pothof
Peter van de Sluis
Jan Kiefte en Helligje Spijkerbelt
Maria Catarina de Hoogh
Hermen Hertman
Trijntje Klaver
Henderik Oosten van de Vegte
Henderikje Oosten van de Vegte
Arendje Herms Oosten van de Vegte
Jansje Bertels.

In 1848 sloot zich vanuit Mastenbroek aan Adriaan Doijer en Lubbigje Schaapman en vanuit de Hervormde gemeente te Hasselt o.a. Arend Israël en Hermanus Renon, de laatste met 7 kinderen beneden 12 jaar.
In 1854 kwamen van de Ledeboersgezinnen tot de afgescheidenen: Hendrikus Kloosterziel en Magteld van de Berg, Albert Jaspers Hoorn en Hendrikje Krikke.

[pag. 97]

II

Van de gereformeerde gemeente onder het kruis overgekomen: in 1867:

Johanna B. Olsman
Jan Oosten van de Vegte
Jennetje de Koning Gans
Reiner van de Vegte
Jakob van de Vegt
Grietje van den Brink
Hendrik Jakob van de Vegte
Jakob Drost en Neeltje de Jonge met 5 kinderen
Dirk van Dijk en Aaltje Stadhouder met 4 kinderen
H. Holtrust en Aaltje Lammers met 4 kinderen
Jakob van de Horst en Gerrigje van Marle met 6 kinderen
Helmich Neefjes en Janna Buter met 5 kinderen
Wouter Neefjes en Geertje Schutte met 4 kinderen

in 1869:

Jakob Admiraal en Jakobje Neefjes met 6 kinderen
Egbert Buit en Jakobje van de Vegt met 4 kinderen. Hij had ook
stiefkinderen, daar hij gehuwd was geweest met Dirkje Kok die
tijdens haar eerdere huwelijk met Herman Holtrust 2 kinderen had
ontvangen.
Aaltje Westrik
Lucas Buit en Geesje de Lange met 4 kinderen
Barend Mulder en Kaatje de Boer die enkele maanden later zich
weer onttrokken
Albert Rietman en Evertje van de Kolk met 5 kinderen

in 1877:

Jannes Vrijhof
A. J. Gombert en Janna van der Vecht
Siem Gombert
Jacob Brouwer en Johanna Smit
Albert Holtrust en Tr. van der Vegt
Harm Jan Holtrust
Aaltje Holtrust
Lukrezia Holtrust

in 1880:

Aaltje Lindeboom

[pag. 98]

III

Formulieren van vragen bij het aannemen van lidmaten door den
kerkenraad der Christelijk Afgescheiden Gereformeerde Gemeente
te Zwolle aangenomen en vastgesteld den 17 september 1850, waar-
van de substantie in Groningerland reeds werd gebruikt vóór en na
het jaar 1659, voor het houden van ’s Heeren Avondmaal.

Vraag I:

Ten eersten vraag ik U, of gij van ganscher harte gelooft en belijdt, dat de boeken des O. en N. Testaments Gods eenig en waarachtig Woord zijn, en dat in dezelve naar aanwijzing van de Artikelen des Christelijken geloofs, de eenig volkomene en genoegzame leer der zaligheid begrepen is en in onze Kerk geleerd wordt?

Vraag II:

Tentweedenof gij van ganscher harte gelooft en bekent, dat wij in ons zelven door de zonde gansch bedorven zijn, en tot alle goed werk onbekwaam zijnde, de zaligheid uit en door onszelven, of door enigen onzer werken geenszins kunnen verkrijgen?

Vraag III:

Ten derde, of gij van ganscher harte gelooft en opregtelijk belijdt, dat wij alleen uit loutere liefde en genade Gods, vanwege de waardigheid der verdiensten Christi, onzen eenigen en volkomenen Zaligmakers, door de verlichting en krachtige werking des H. Geestes, door het geloof de zaligheid ontvangen en in dezelven tot het einde toe, door Gods kracht behouden en bewaard worden?

Vraag IV:

Ten laatsten of gij van ganscher harte van voornemens zijt, bij dezelfde zuivere leer, door Gods genade tot den einde uwens levens te volharden en in godzaligheid te wandelen en tevens de kerkelijke regering zult eerbiedigen en u de kerkelijke straf zult onderwerpen, zoo gij U kwaamt te ontgaan?

                                                                                                         w.g. D. Postma v.d.m.
                                                                           voor eensluidend afschrift H. Renon

[pag. 99]

{Afbeelding}

[pag. 100}

{Afbeelding}

[pag. 101]

VI:

Het huidige kerkgebouw staat aan de Weidebrink, een zeer oude naam. Deze aanduiding komt al voor in een legaat van 7 dec. 1503:

Uit oud archief gemeente Hasselo
regest 307. 7 december 1503 (op O.L.Vr. avont concepcionis).

,,Geert Thijmans de Hoghe en Hille e.l. legateren t.o.v. Lubbert
Mulert, richter te Hasselt, en Derck Scroeder en Johan van Gelre,
scriver, keurnoten, aan het altaar in de kapel van ons Heren graf
aan de zuidzijde van de St. Steffenskerk, waar meester Thijman ter
Lijnden nu officiaal van is, de koedweide, welke zij gekocht heb-
ben van Thijman Schermer, groot ongeveer drie morgen, gelegen in
de marke Hasselt in ’t Hoenbroek tussen de landen van het zuste-renconvent ter ene en die van Johan Koetken en Claes Hnerisen ter
andere zijde, strekkende aan de Wedebrinck en aan de Zantfoirt’’. Oorspr. in Inv. no. 1188. Met zegel van de richter.
Gedr. Arch. Aartsbisd. Utrecht 40e dl. blz. 235.

Category(s): Hasselt, Kerken
Tags:

Comments are closed.