Verslag van de handelingen der twee en dertigste vergadering gehouden te Zwolle de 28 Oktober 1873

VERSLAG VAN DE HANDELINGEN
     DER TWEE EN DERTIGSTE VERGADERING
     DER VEREENIGING TOT BEOEFENING VAN
     Overijsselsch Regt en Geschiedenis,
     GEHOUDEN TE ZWOLLE, DEN 28en OCTOBER
     1873.

_______

TEGENWOORDIG DE HEEREN:

     Mr. J.C. Bijsterbos, Voorzitter, mr. G.W. de Vos van Steenwijk, Secretaris, mr. G. Wicherlink, mr. J.I. van Doorninck, mr. R.E. Hattink, J.H.E. van der Zandt, O.A. Spitzen, mr. G.D. Jordens, mr. G. Roijer, mr. W.C.I.J. Cremers en mr. J. Nanninga Uiterdijk.

     De Voorzitter opent de vergadering en deelt mede:
     1° dat de Heeren mr. P.C. Baron Nahuijs, H.A.D.J. baron van Haersolte en mr. S.J. baron van Pallandt, hunne benoeming tot leden der Vereeniging hebben aangenomen, en de Heer M.F.A.G. Campbell die tot buitengewoon lid;
     2° dat ten geschenke zijn ontvangen:
     a. Van het Smithsonian Institution: Annual report over 1871.

|pag. 2|

     b. Van het Provinciaal Friesch Genootschap: De Vrije Fries, Nieuwe Reeks VIe deel.
     c. Van de Commissie van Bestuur van ’t Museum in Drenthe: Verslag aan Gedeputeerde Staten van Drenthe over 1872.
     d. Van het Provinciaal Noord-Brabantsch Genootschap: Handelingen over 1872 en stukken over het beleg van den Bosch.
     e. Van Dr. W.B.J. van Eijk te Deventer: »De Prototypographie te Deventer tot 1500.
     f. Van mr. B.W.A.E. baron Sloet tot Oldhuis: Afbeeldingen van muurschilderingen in de kerk te Bathmen; voor welke geschenken door het Bestuur is bedankt; overeenkomstig zijn voorstel wordt tot opname in de Bibliotheek besloten.
     3° dat afgedrukt en rondgedeeld is aan de leden de supplement-catalogus der bibliotheek, en een gedeelte van het Register van Overijsselsche Oorkonden; dat nog afgedrukt zijn het dijkregt van Zuidbroek en het markeregt van Leusen; terwijl voor den druk gereed zijn de markeregten van Emmen, Dalmsholte, Lenthe, Archem, de Lutte en Stegeren; omtrent de uitgave van de Kamperstadregten kan hij alleen zeggen, dat het Boek van rechte gereed is.
     De Voorzitter leest daarop een brief voor van mr. B.W.A.E. Sloet tot Oldhuis, waarin deze in overweging geeft, of het niet wenschelijk zou zijn, dat in het vervolg de leden, die ’t een of ander onderwerp wenschen te bespreken, hiervan in de vorige vergadering opgave deden aan het bestuur ten einde zulks te kunnen vermelden in den oproepingsbrief. Dit denkbeeld vindt bijval bij alle leden en er wordt besloten in het vervolg in dien geest te handelen. De Heer Sloet zal

|pag. 3|

zelf op de volgende vergadering de vraag inleiden, wat men te verstaan heeft onder de „landweeren”
     Daarop schorst de Voorzitter de vergadering.
     Na de pauze vestigt mr. van Doorninck de aandacht der leden op twee stukken, die hij dezen zomer heeft gevonden in het archief der gemeente Oldenzaal. Het eene is een procesverbaal van onderzoek van Burgemeesteren, Schepenen en Meente, naar de ligging der zoogenaamde Wigboldssteenen, van den 23en Julij 1642; hij acht dit van belang om de grenzen aan te toonen van de jurisdictie der stad en der daarom heen liggende marke, zoodat daaruit tevens nog veel aanwijzingen te putten zullen zijn voor de markekaart der provincie.
Het tweede stuk van den vijfden April 1605, eene verordening ten opzigte van het graven van turf in het Oldenzaalsche veen, acht hij vooral daarom eene uitgave waardig, omdat het allen schijn heeft, dat men hier heeft te doen met de oude marke, waarin even als elders eerst langzamerhand eene stad ontstaan is, die in magt toenemende zich allengs allen eigendom toegekend heeft op gronden, die uitsluitend toebehoorden aan gewaarden in de marke.
     De Voorzitter bedankt den Heer van Doorninck voor zijne mededeelingen en rigt tot hem enkele vragen over den toestand van ’t archief te Oldenzaal.
     De Heer van Doorninck geeft een kort overzigt der geschiedenis van ’t archief en zegt, dat er door hem een inventaris van de daar aanwezige stukken is opgesteld.
Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten een afschrift van den inventaris aan het bestuur van Oldenzaal te vragen en tevens verlof om dien te mogen drukken, wanneer daartoe niet van gemeentewege wordt overgegaan, in de hoop, dat het voorbeeld van Oldenzaal

|pag. 4|

om de gemeentelijke archieven te laten catalogiseren elders navolging moge vinden; tevens uit hij den wensch, dat de medegedeelde bijzonderheden zullen dienstig worden gemaakt voor de markekaart van Overijssel.
     De Voorzitter leest daarop voor twee door mr. B.W.A.E. Sloet tot Oldhuis ingezonden stukken, het eene getiteld: „Eene spokerij in de St. Lebuinuskerk te Deventer”, het andere „Eene sententie van den 11en Mei 1657 ter zake van tooverij uit het boek der Criminele sententien der stad Zwolle.”
     Wordt besloten deze in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen.
     Nog heeft de Heer Sloet ingezonden eene gedeeltelijke genealogie van de familie van der Beek, deze zal in het archief worden gedeponeerd.
     De Voorzitter deelt mede, dat de Heer Campbell hem eene lijst heeft toegezonden van de in de Koninklijke Bibliotheek te ’s Hage aanwezige Handschriften van belang voor de geschiedenis van Overijssel.
     Wordt besloten na bekomen verlof deze lijst te laten drukken.
     Mr. G. Wicherlink levert eene bijdrage: Over den eigenaardigen regtstoestand van nog niet geoogste vruchten volgens Overijsselsch landregt.
     Dit onderwerp wordt daarop door verschillende leden besproken.
     Nadat de Voorzitter den spreker voor zijne mededeeling had bedankt wordt besloten tot opname daarvan in de Verslagen en Mededeelingen.
     Mr. G.W. de Vos van Steenwijk biedt namens het lid der Vereeniging Mr. C.F. Kaempff te Zwolle, aan de Vereeniging ten geschenke aan een Handschrift getiteld: Sant Martensrechte die Ghiethorn, Onna, Ooster-

|pag. 5|

wick ende Westerwick; hij meent dat daarin eenige bijzonderheden omtrent den regtstoestand der St. Maartenslieden, en den toestand van Giethoorn en omstreken zullen te vinden zijn, terwijl het in alle geval zal kunnen dienen tot aanvulling van hetgeen omtrent ’t een en ander vermeld is in de door het Historisch Genootschap te Utrecht uitgegeven Kronijk van Arent te Boecop.
     De Voorzitter zou het wenschelijk achten, dat het handschrift met de bovenbedoelde Kronijk werde vergeleken en hoopt op eene volgende vergadering daaromtrent meer te mogen vernemen.
     Mr. Nanninga Uitterdijk levert eene bijdrage over de Memorie van Onze Lieve Vrouwe Kerk of Onze Lieve Vrouwe Broederschap in de L. V. Kerk te Kampen.
     Nadat verschillende leden naar aanleiding van dit stuk het woord hebben gevoerd, bedankt de Voorzitter den spreker voor zijne mededeeling en stelt voor die op te nemen in de Verslagen en Mededeelingen. Dienovereenkomstig wordt besloten.
     Mr. Bijsterbos vestigt daarop de aandacht op drie bij hem berustende stukken betreffende de familie Vriesen, nl. een paspoort van de Staten Generaal van het jaar 1668, een bewijs van lidmaatschap van de Landmannschaft van de Allemannische Natie aan de akademie te Orléans en een attest van afgelegde bezoeken op sommige heilige plaatsen in Palestina, welke stukken naar zijne meening van belang kunnen wezen als bijdragen tot de kennis van de manier van leven in dien tijd; zoo blijkt daaruit, dat leden van voorname familien de gewoonte hadden om te reizen, om in het buitenland te gaan studeren enz. Over een en ander wordt wel eenige discussie gevoerd, maar wegens het vergevorderde uur op voorstel des Voorzitters eene nadere

|pag. 6|

behandeling van dit onderwerp tot eene volgende vergadering uitgesteld.
     Op voorstel van mr. van Doorninck wordt nog besloten eenige contracten van correspondentie betrekking hebbende op Deventer, Kampen en Zwolle in de Verslagen en Mededeelingen op te nemen.
     Als nieuwe leden worden voorgesteld: door mr. R.E. Hattink de Heeren Mrs. W.J. Engels, Procureur, H.E. Kann, Subst. Griffier bij de Arr. Regtbank, P.C.D. Ledeboer, Griffier bij ’t Kantongeregt, en W. ten Bruggencate, Procureur allen te Almelo, welke met algemeene stemmen als zoodanig worden aangenomen.
     Daarop sluit de Voorzitter de vergadering.

___________
– (1874) Verslag van de handelingen der twee en dertigste vergadering gehouden te Zwolle de 28 Oktober 1873. Zwolle: De Erven J.J. Tijl.

Category(s): Overijssel
Tags:

Comments are closed.